Flexibiliteit... tegen welke prijs?

Minder nacht-, ploegen-, avond-, en weekendwerk dan elders in Europa, en dus besluiten tal van media dat de Belg "de minst flexibele" van alle werknemers is. Cijfers van diverse officiële bronnen liggen mee aan de basis van dit besluit, toch is het beeld dat de pers hier schept heel eenzijdig.

Gemiddeld genomen kent België minder nacht-, ploegen-, avond- en weekendwerk dan de meeste andere Europese landen. Dat komt naar voren uit cijfers van het Steunpunt Werk, een onderzoeksgroep verbonden aan de Katholieke Universiteit van Leuven dat studies uitvoert om de beleidsvoering van de Vlaams overheid te helpen ondersteunen. Met 8,3% van de werknemers die avondwerk doet, 3,0% nachtwerk, 7,4% ploegenarbeid, en 17,8% zaterdag- en 10,2% zondagwerk, legt België inderdaad gevoelig lagere cijfers voor dan landen als Nederland (29,2% avondwerk), Slovakije (16,5% nachtarbeid), Kroatië (37,5% ploegenarbeid), Italië (31,5% zaterdagwerk) en Ierland (19,4% zondagwerk).

Minder flexibele regimes een troef voor de gezondheid

De Belgische regulering van zulke vormen van flexibele arbeid, en de inzet van vakbonden om gezond(er) en werkbaar werk mogelijk te maken, liggen mee aan de basis van deze lagere cijfers. Vooral de vakbonden in ons land benadrukken de negatieve gevolgen van meer flexibele arbeidsregimes voor de gezondheid van de werknemers, het welzijn op het werk en de balans tussen werken en privéleven. Denk maar aan versnelde veroudering, meer stress, verstoord bioritme, hogere kans op cardiovasculaire aandoeningen of kankers, enzoverder. Bovendien blijkt uit recente reportages dat sommige bedrijven waar een sterke mate van flexibiliteit wordt vereist het niet altijd even nauw nemen met de rechten van de werknemers.

Cijfers zeggen niet alles

Dat is niet het hele verhaal. De pers gaat licht over bepaalde trends heen. Zo blijkt ook in België de flexibiliteit van de arbeid hand over hand toe te nemen. Niet alleen komt uit dezelfde cijfers van het Steunpunt Werk naar voren dat bijvoorbeeld weekendwerk in de lift zit, of dat er een lichte stijging is van de ploegenarbeid, in België worden ook meer "atypische arbeidsregimes" - lees: flexibel werk - toegepast dan voorheen. Daarnaast neemt de samenvatting van het Steunpunt Werk niet alle cijfers in aanmerking. Het gaat immers over werknemers die "gewoonlijk" in een flexibel regime werken, dat wil zeggen doorgaans 50% op meer van de arbeidstijd in een bepaald regime doorbrengen. Brengen we ook die werknemers in beeld die af en toe nachtarbeid verrichten, zoals te zien valt bij Eurostat, dan hoort België bij het gemiddelde.

Bovendien zijn er nog andere vormen van flexibiliteit zoals deeltijds werk, interimwerk en nieuwe statuten zoals de onlangs nog gecreëerde flexi-jobs. Massaal concluderen dat Belgen de "minst flexibele" van Europa zijn, of zelfs helemaal niet flexibel zouden zijn, schept met andere woorden een heel eenzijdig beeld van werknemers en de arbeidsmarkt in ons land.

Meer weten?