Musculoskeletale aandoeningen worden nog onvoldoende ernstig genomen

28 april is de internationale dag voor veiligheid en gezondheid op het werk. Het uitgelezen moment voor de Algemene Centrale – ABVV om aan de alarmbel te trekken en aandacht te vragen voor de ernstige problematiek van de musculoskeletale aandoeningen (MSA's), een verzamelnaam voor klachten als rugpijn, tendinitis, nek- en schouderpijn enz.

MSA's zijn goed voor een kwart van de langdurige ziekten in ons land. Op dit moment vertegenwoordigen ze bijna 125.000 afwezigheden van meer dan een jaar. Volgens de meest betrouwbare schattingen heeft één op de vier Europese werknemers te maken met MSA's. Het verband tussen werk en MSA's is overduidelijk: de job die je uitvoert voorspelt grotendeels of je al dan niet een MSA zal oplopen en in welke lichaamsdelen.

Uit studies naar beroepsrisico's blijkt dat de fysieke en arbeidsintensieve risico's die MSA’s veroorzaken toenemen, en dat vooral in België. Alle reden dus om aan te nemen dat deze problematiek de komende jaren nog aan belang zal winnen.

Geen aandacht voor ergonomie

Het is dus overduidelijk dat MSA's vandaag een groot probleem vormen inzake gezondheid op het werk. Toch hinken ze qua preventie duidelijk achterop. In vergelijking met psychosociale risico’s geldt er voor het risico op MSA's immers geen specifieke risicoanalyseverplichting. Daardoor kwam er in veel bedrijven nog nooit een ergonoom over de vloer. Slechts 0,4% van de werkplekbezoeken wordt uitgevoerd door een ergonoom, die nochtans het best geplaatst is om problematische situaties op te sporen. Bij het algemeen risicobeheer wordt er 7 keer minder teruggegrepen naar ergonomie dan naar arbeidspsychologie, en ergonomie vertegenwoordigt slechts 10% van het werkvolume van externe diensten.

Ook de vergoedingen voor MSA’s zijn problematisch, ook als is het de meest erkende beroepsziekte. De grote meerderheid van de werknemers die arbeidsongeschikt zijn door MSA’s, wordt niet erkend voor beroepsziekte door FEDRIS en valt daardoor terug op het RIZIV. Dit betekent dat de samenleving hiervoor opdraait en niet de werkgever. Alles wijst erop dat de door FEDRIS vastgestelde erkenningscriteria veel te streng zijn (weigeringspercentage van 75% in 2019) en het bedrag van de vergoeding veel te laag is (bv. gemiddeld € 201,59 per maand voor een peesontsteking).

Om iets te doen aan deze zorgwekkende toestand voert de Algemene Centrale een grootscheepse campagne onder haar afgevaardigden om hen zoveel mogelijk tools aan te reiken waarmee ze de arbeidsomstandigheden op het terrein kunnen verbeteren. Maar we vragen ook dringend maatregelen om een einde te stellen aan deze epidemie. We dringen erop aan dat de Codex over het welzijn op het werk een prominente plaats toekent aan ergonomie en het risico op MSA's. We eisen ook dat FEDRIS de erkenning als beroepsziekte grondig herziet.

Aangezien er bezuinigd moet worden op de kosten van langdurige ziekte, is het hoog tijd dat men zich buigt over de arbeidsomstandigheden die voor een groot deel de oorzaak zijn.

Enkele getuigenissen:

In de schoonmaaksector vertelt een vrouwelijke afgevaardigde: “Ongeveer 10 jaar geleden hield ik een enquête onder onze vakbondsleden om uit te zoeken of ze klachten hadden. Op de 120 personen, waren er misschien maar 10 die geen MSA’s hadden. Bij rugklachten, antwoordt de bedrijfsarts gewoon dat we beter moeten hurken om vuilniszakken te tillen of dat we lichtere zakken moeten dragen, alsof dat zo eenvoudig is”.

In een wasserij vertelt een andere afgevaardigde dat men na een bepaalde tijd het werk alleen nog maar aankan via een medisch halftijdse tewerkstelling. “De ergonoom die langskwam, stelde verschillende maatregelen voor, maar de werkgever ging enkel akkoord met de maatregelen die niet veel kostten...”, vervolgt ze.

Ondertekenaars:

Werner Van Heetvelde  (voorzitter Algemene Centrale – ABVV), Geoffrey Goblet  (algemeen secretaris Algemene Centrale – ABVV), Paul Lootens  (voormalig voorzitter Algemene Centrale  -ABVV),  Arnaud Leveque (federaal secretaris Algemene Centrale - ABVV),  Jean-Marie Léonard  (voormalig  federaal secretaris BBTK / Atelier Santé Charleroi),  Jilali Laaouej (arts, expert arbeidsgeneeskunde), Eric Hufkens  (arts MPLP Marcinelle), Laurent Vogel (voormalig onderzoeker  ETUI & ULB)