Asbest eist wereldwijd nog steeds slachtoffers

Gedurende tientallen jaren werd asbest, een natuurlijke, vezelachtige grondstof, op grote schaal gebruikt in tal van sectoren, waaronder de bouw. Hoewel het gebruik van dit materiaal voordelen biedt, heeft de vluchtigheid ervan veel schade berokkend aan degenen die eraan werden blootgesteld. Elk jaar telt men officieel bijna 350 slachtoffers van ‘asbestkanker’, maar dit zou een onderschatting zijn.

Men begon voor het eerst te vermoeden dat asbest gevaarlijk was in het begin van de 20ste eeuw. In de jaren ‘60 maakten de feiten het duidelijk: asbeststof veroorzaakt asbestose (chronische longaandoening), longkanker, strottenhoofdkanker, en vooral mesothelioom (borstvlieskanker). Maar desondanks gaat de ontginning ervan door. Hoewel de eerste landen hun wetgeving in de jaren 1970 en 1980 hebben aangepast, heeft het tot 1998 geduurd vooraleer België de ontginning en het gebruik ervan volledig heeft verboden, en tot 2005 vooraleer dit verbod in de hele Europese Unie werd toegepast..

De zwaar getroffen familie Jonckheere

In België was één van de belangrijkste asbestproducenten het bedrijf Eternit, dat in de jaren ‘60 zijn hoofdkantoor in Kapelle-op-den-Bos vestigt. Daar woont de familie Jonckheere, wiens vader voor Eternit gaat werken. Dit gezin met drie kinderen zal een hoge prijs betalen voor deze nabijheid. Allen werden getroffen door mesothelioom, wat de vader, de moeder en twee van de broers het leven kostte. 

In 2000, kort voor haar dood, had de moeder van Erik Jonckheere, Françoise Van Noorbeeck, een rechtsvordering inzake burgerlijke aansprakelijkheid ingesteld tegen de onderneming Eternit. Zij won postuum, omdat haar zonen het geding na haar dood voortzetten. Het vonnis bevestigt dat Eternit ten minste sinds het begin van de jaren ‘60 op de hoogte was van het gevaar van asbest. Een primeur in België.

De oudste van de broers en zussen, Erik Jonckheere, dacht dat hij aan de ziekte ontsnapt was, maar in 2021 werd bij hem ook mesothelioom vastgesteld. 
Hij onderneemt nu zelf ook juridische stappen tegen Eternit.

Eternit = de vervuiler betaalt!

Het vervolgen van de verantwoordelijke voor de besmetting is niet eenvoudig, want elk asbestslachtoffer kan een beroep doen op het AFA, een compensatiefonds voor asbestslachtoffers. Dit is het geval voor Erik Jonckheere. Maar bij het ontvangen van deze schadevergoeding wordt er automatisch immuniteit verleend aan degenen die verantwoordelijk zijn voor zijn letsel. Een specifiek Belgisch onrecht, dat hij wil omzeilen door gerechtelijke stappen te ondernemen om te bewijzen dat Eternit opzettelijk heeft gehandeld. Op die manier hoopt hij het pad te effenen voor andere slachtoffers zodat zij een volledige vergoeding voor hun schade zouden ontvangen in plaats van een forfaitair bedrag, en het beginsel van "de vervuiler betaalt" opnieuw in te voeren.

Ter herinnering: het Asbestfonds 

kent een specifieke en quasi-automatische schadevergoeding toe aan milieuslachtoffers van asbest, waarvan velen voordien geen schadevergoeding hadden ontvangen. Dit Fonds wordt gefinancierd door de Staat en door een bijdrage van de ondernemingen, die voor iedereen gelijk is. Dit is een abnormaal systeem, aangezien er geen enkel onderscheid wordt gemaakt tussen de bijdragen van de bedrijven, ook al zijn sommige veel meer dan andere verantwoordelijk voor de door asbest veroorzaakte schade.

Nog steeds een winstgevende internationale handel

Terwijl in België, net als in de andere Europese landen, de productie of het gebruik van asbest gewoonweg verboden is, is dat in sommige andere delen van de wereld niet het geval. In India bijvoorbeeld blijven de industriëlen, waaronder Etex (voorheen Eternit), doorgaan met de productie ervan door zich te verschuilen achter een totaal gebrek aan wetgeving.

In België en Europa hebben de lange strijd van de vakbonden en de verenigingen van asbestslachtoffers het mogelijk gemaakt om de werknemers beter te beschermen tegen de schade die asbest aan hun gezondheid toebrengt, en hen in geval van ziekte beter te vergoeden. Deze strijd moet worden uitgebreid tot het internationale niveau. We moeten druk uitoefenen op de Staten over de hele wereld zodat ze drastische wetten maken en aldus voorkomen dat de industrie doorgaat met de ontginning van deze dodelijke grondstof.