“Mijn loon volstaat niet”

Uit cijfers van professor sociaal beleid Wim Van Lancker is 1 burger op 6 in ons land arm. 4,5 % is rijk en de overige 80 % van de burgers zouden behoren tot de middenklasse. Om meer zicht te krijgen op deze middenklasse maakte hij een onderverdeling tussen lage middenklasse (tot maximaal 80 % van het mediaaninkomen), kernmiddenklasse (tot 120 % van het mediaaninkomen) en hoge middenklasse (tot 200 % van het mediaaninkomen) op basis van het netto-gezinsinkomen. Met het netto-gezinsinkomen bedoelt men de inkomsten uit loon, pensioen, uitkering, rente, huurinkomsten, …

Via onderstaande voorbeelden toetsen we de sectorale minimumlonen uit de scheikunde af tegenover de looncategorieën in deze studie, om een zicht te krijgen waar de werknemers uit de sector zich situeren. De resultaten verrassen niet. De sectorale minimumlonen beschermen de werknemers uit de scheikunde niet tegen armoede.

“De lonen zijn erg laag. De dokterskosten kunnen we gewoon niet betalen met onze ontoereikende lonen.”

Voorbeeld 1: Alleenstaande arbeider - geen kinderen ten laste - werkt voltijds - verdient € 12,9065 bruto per uur – geen extra inkomsten.

=  € 1976 netto per maand inclusief werkbonus (loonsubsidie), vermindering van de bedrijfsvoorheffing voor lage lonen (loonsubsidie) en verrekening vakantiegeld en eindejaarpremie. Deze werknemer behoort tot de kernmiddenklasse. Als we echter de loonsubsidies achterwege laten, behoort deze persoon tot de lagere middenklasse.

 

VB 2Voorbeeld 2: Alleenstaande arbeider met twee kinderen ten laste: één kind jonger en één ouder dan 14 jaar - werkt 40u per week - verdient € 12,9065 bruto per uur - extra inkomsten: kinderbijslag.

= € 2154 netto per maand inclusief werkbonus (loonsubsidie), vermindering van de bedrijfsvoorheffing voor lage lonen (loonsubsidie) en verrekening vakantiegeld en eindejaarpremie. De werknemer heeft bovendien recht op  kinderbijslag, waardoor hij op een gezinsinkomen van € 2489 netto komt.

 

Ondanks het feit dat deze werknemer fulltime werkt, behoort hij tot de lage middenklasse en zit op de armoedegrens als we de loonsubsidies achterwege laten.

 

vb 3

 

“Op het einde van de maand kan ik maar moeilijk de eindjes aan elkaar knopen. Het is een gevecht, elke keer opnieuw. Ik winkel zo goedkoop mogelijk, bak zelf mijn brood en betaal de facturen in delen. Ik probeer het zo verstandig mogelijk aan te pakken, maar nu alle prijzen stijgen…”

 

 

Voorbeeld 3: tweeverdienersgezin (beide scheikunde), drie kinderen boven de 14 jaar ten laste - twee bediendes - werken voltijds - € 2058,68 bruto per maand - extra inkomsten: kinderbijslag.

Een partner verdient € 1962,91 netto per maand inclusief werkbonus. De andere partner verdient € 1732 netto per maand inclusief werkbonus en vermindering van de bedrijfsvoorheffing voor lage lonen. Het gezin heeft ook nog recht op kinderbijslag wat een totaal maandelijks gezinsinkomen van € 4671,36 netto per maand oplevert. Dit tweeverdienersgezin behoort tot de lage middenklasse. Zonder loonsubsidies zitten zij op de armoedegrens.

Uit bovenstaande voorbeelden is het duidelijk: een significante groep van werknemers die voltijds werkt, komt terecht in de lagere middenklasse of flirt zelfs met de armoedegrens. Loonsubsidies onder de vorm van een werkbonus of vermindering van de bedrijfsvoorheffing zorgen er meestal voor dat ze juist niet in de armoede verzeild raken.

Onder de huidige omstandigheden drijft het effect van de stijgende energie- en brandstofprijzen deze werknemers echter wel tot armoede. Nochtans blijft de conjunctuur in de scheikunde gunstig: de rentabiliteitsparameters bevinden zich op recordhoogte, er is met andere woorden een grote rekenmachine nodig om de talrijke dividenden die aan de aandeelhouders worden uitgekeerd bij elkaar op te tellen.

Als ABVV Scheikunde vinden we het onaanvaardbaar dat een sector als de scheikunde anno 2022 werkende armen tewerkstelt. Samen met de andere sectoren voerden we als ABVV actie voor hogere lonen en voor een betere vergoeding van de verplaatsingskosten. In de komende weken en maanden zetten we deze acties voort.