Nieuw inspectiedossier dienstencheques: nog steeds geen respect voor de werkneemsters
In het voorjaar van 2022 voerde de sociale inspectie controles uit bij 175 dienstencheque-ondernemingen. Bij 159 bedrijven werden toen inbreuken vastgesteld op de Welzijnswet. Vandaag werd het verslag van de opvolgcampagne voorgesteld. 47 van deze eerder gecontroleerde bedrijven werden samen met 36 nieuwe bedrijven bezocht in het najaar van 2023. En wat blijkt? Nog steeds respecteert een grote meerderheid van de dienstenchequebedrijven de regels niet! De vakbonden roepen op tot strengere sancties en het intrekken van de erkenning van bedrijven.
Dat de huishoudhulpen een fysiek zware job uitoefenen, behoeft geen betoog meer. In de dienstenchequesector hebben werkneemsters, in vergelijking met andere sectoren, onder andere te maken met 35 keer meer kans op musculoskeletale aandoeningen en 260% meer kans op langdurige arbeidsongeschiktheid gedurende de eerste vijf jaar in de sector. Ook de chemische agentia in de poetsproducten brengen extra risico’s met zich mee. Maar de ernst van deze risico’s wordt nog steeds niet erkend door de werkgevers zo blijkt uit de resultaten.
Nog steeds geen respect voor huishoudhulpen
Bij 47 bedrijven die in 2022 in overtreding waren, werden opvolgbezoeken georganiseerd door de inspectie. In 35 van deze dienstencheque-ondernemingen (74%) werden werknemers nog steeds niet aan een periodieke gezondheidsbeoordeling onderworpen. In 26 van deze bedrijven (55%) werd nog steeds geen intakebezoek gedaan om bijvoorbeeld te controleren of het juiste materiaal en de juiste producten voorhanden zijn. En als er toch een intakebezoek gebeurt, dan vormen de veiligheid en gezondheid niet het onderwerp van de controle. Zeventien ondernemingen (36%) maken zelfs geen risicoanalyse, die nochtans dé basis vormt voor het welzijnsbeleid.
Daarnaast werden ook 36 nieuwe dienstenchequebedrijven bezocht. Het gaat daarbij voornamelijk om OCMW’s en vzw’s. In deze nieuwe geïnspecteerde organisaties stelt de inspectie vast dat dienstencheque-werknemers verhoudingsgewijs meer onderworpen worden aan gezondheidstoezicht. Maar anderzijds zijn er ook in deze ondernemingen geen specifieke risicoanalyses en is er geen toezicht op de plaatsen waar de werknemers effectief worden tewerkgesteld.
Geen excuses meer!
De bedrijven kunnen zich nochtans niet verstoppen achter het excuus dat ze niet op de hoogte zijn van de regels. Niet alleen hebben de grote privébedrijven gigantische budgetten ter beschikking om de welzijnsregels te kennen én toe te passen. De federale overheid creëerde bovendien een specifieke website (zie hier) met de regelgeving rond welzijn waarop de verplichtingen heel eenvoudig zijn opgesomd.
Het échte probleem is onwil. Federgon en Vlaams Platform DCO weigerden het inspectiedossier 2022 te erkennen. De veiligheid en gezondheid van de huishoudhulpen was ondergeschikt aan de financiën van de bedrijven. Maar er is ook politieke onwil. Ministers hebben verklaringen gedaan om de huishoudhulpen te ondersteunen, maar enkel in Wallonië heeft minister Morreale concrete maatregelen genomen. Vlaams minister Brouns trok een voorstel voor plaatsbezoeken bij klanten weer in en nam geen enkel initiatief. En in Brussel werden ronkende verklaringen van minister Clerfayt niet gevolgd door concrete initiatieven.
De regionale ministers lieten ook na om de erkenning in te trekken van bedrijven die in overtreding waren. Ze verstopten zich achter het feit dat er geen processen-verbaal werden opgemaakt, slechts waarschuwingen. Ditmaal werden er echter 31 processen-verbaal opgemaakt bij de bedrijven die ook in 2022 in overtreding waren. Onze boodschap aan de ministers is heel duidelijk. Het respecteren van de sociale en welzijnsregels is één van de voorwaarden voor de erkenning als dienstenchequebedrijf. Trek zonder aarzeling de erkenning in van ieder van deze recidivisten! De sector moet gezuiverd worden van de cowboys!
De conclusies van dit opvolgonderzoek van de welzijnsinspectie zijn vernietigend voor de dienstenchequebedrijven. Ieder jaar toont nieuw onderzoek aan dat de bedrijven de regels niet respecteren. En als afspraken hen niet meer zinnen, dan zeggen ze eenvoudigweg cao’s op zoals bij de eindejaarspremie. Het misprijzen en de straffeloosheid van de dienstenchequebedrijven kent geen grenzen. De politieke verantwoordelijken kunnen zich niet meer verstoppen. De vakbonden vragen zware sancties die in verhouding staan tot deze zware inbreuken van de werkgevers.