Ongevallen van uitzendkrachten zijn niet langer voor niets
Elk jaar worden meer dan 200 bedrijven geclassificeerd als "bedrijven met een verzwaard risico" op het gebied van arbeidsongevallen. In principe straft dit principe van “verzwaard risico” bedrijven die te veel arbeidsongevallen hebben. Tot nu toe werden werkgevers die gebruik maakten van uitzendarbeid, de gebruikers, echter niet verantwoordelijk gehouden voor hun ongevallen, zelfs als het aantal ongevallen erg hoog was.
Wat is dit principe van het “verzwaard risico”?
Een bedrijf wordt beschouwd als een bedrijf met een verzwaard risico als het in zijn risico-index een bepaalde hoeveelheid arbeidsongevallen overschrijdt. Dit niveau wordt overschreden als over een observatieperiode van drie jaar binnen het bedrijf tot X keer meer ongevallen voorkomen dan in andere bedrijven in dezelfde sector, en Y keer meer ongevallen dan het gemiddelde voor bedrijven in de privésector.
Uitzendkrachten opgenomen in de risicoberekening
Het grote probleem was dat uitzendkrachten buiten deze risicoberekening vielen. En dat terwijl we weten dat een uitzendkracht twee keer zoveel kans heeft op een arbeidsongeval als een vaste werknemer in dienst van het bedrijf die hetzelfde werk doet. Sommige werkgevers aarzelden dan ook niet om gevaarlijke taken aan uitzendkrachten toe te vertrouwen, gezien deze niet opgenomen werden in de risicoberekening.
Sinds 1 januari 2023 is dit achterdeurtje gesloten: de arbeidsongevallen van uitzendkrachten worden opgenomen in de lijst van arbeidsongevallen van de bedrijven die er gebruik van maken. Er zal hier dus rekening mee worden gehouden in het rapport dat in 2025 gepubliceerd zal worden.
Nog werk aan de winkel
Dit is zeker een stap in de goede richting, maar er is nog een lange weg te gaan. Er zijn nog tal van verbeteringen nodig, gezien het probleem van arbeidsongevallen nog steeds zeer zorgwekkend is, zoals we reeds onderstreepten ter gelegenheid van de 50ste verjaardag van de wet op de arbeidsongevallen. Het systeem voor verzwaarde risico’s moet worden versterkt, want zoals het Rekenhof onlangs opmerkte, zijn er nog steeds belangrijke tekortkomingen:
- het systeem betreft slechts een zeer klein aantal bedrijven (ongeveer 200 per jaar);
- het systeem betreft bijna uitsluitend kleine bedrijven (90% van de gesanctioneerde bedrijven heeft minder dan 50 werknemers);
- Een deel van de beboete bedrijven betalen de boete gewoon niet.
Specifiek voor de bouw en hout en stoffering
Sinds 2022 worden bedrijven die onder paritair comité (PC) 124 (bouw) of 126 (hout en stoffering) vallen, opgevolgd door de preventie-instituten Constructiv of Woodwize.
Constructiv (voor de bouw) en Woodwize (voor hout en stoffering) ontvangen een lijst van de bedrijven met een verzwaard risico in hun sector. Zo bevat de lijst voor 2023 73 bedrijven in PC 124, die opgevolgd worden door Constructiv, en twee bedrijven die onder PC 126 vallen. Deze laatste zullen door Woodwize opgevolgd worden.
Informatie voor delegees
Gezondheid is een prioriteit voor de Algemene Centrale. Daarom nodigen we onze delegees uit om werkgevers te vragen naar arbeidsongevallen en om binnen overlegorganen (het CPBW of, bij gebrek daaraan, de syndicale delegatie) discussies op gang te brengen over de invoering van preventieplannen om het aantal arbeidsongevallen drastisch te verminderen en om de globale plannen en jaaractieplannen te verbeteren.