Op 30 september verzamelden de afgevaardigden van de glas- en de keramieksectoren in La Roche voor hun vakcongres. Deze twee industriële sectoren met een roemrijk verleden hebben heel wat punten gemeen. Het aantal bedrijven in ons land daalde sterk tijdens de laatste decennia en de meesten zijn nu in handen van multinationals. Beide sectoren worden daarbij bijzonder getroffen door mondiale fenomenen zoals de energiecrisis, de klimaattransitie, de oprukkende digitalisering, deloyale concurrentie, enz.  

Het ABVV boekt vooruitgang in de sectoren 

Hoewel het sociaal overleg momenteel wordt gerespecteerd in beide sectoren, zijn de afgevaardigden alert op patronale aanvallen. Ondanks deze moeilijke context verrichten de afgevaardigden van onze centrale heel wat werk op het terrein. Ze werden beloond met een duidelijke vooruitgang bij de sociale verkiezingen 2024. In de keramiek steeg de Algemene Centrale van 42% tot 47% voor het CPBW en van 41% tot 48% van de stemmen in de OR. In de glassector behoudt het ABVV zijn dominante positie en heeft het nog steeds de meerderheid, zowel in de OR als in het CPBW. 

De dubbele transitie 

De dubbele ecologische en technologische transitie nam een centrale plaats in tijdens dit congres. De ondernemingen voerden al belangrijke veranderingen door en deze zullen nog worden verdergezet. De werknemers zijn als eerste betrokken bij deze evoluties, die een invloed hebben op het aantal jobs en de kwaliteit ervan. Sommige functies verdwijnen, anderen komen erbij. Het is dus nodig om te investeren in de opleiding van de werknemers, zodat zij mee zijn met deze evolutie en hun tewerkstelling kunnen vrijwaren.  

In België, en ruimer gesproken, op Europees vlak hebben de glas- en keramieksectoren te maken met heel wat onzekerheid op verschillende niveaus. Het is dus belangrijk om verschillende scenario’s voor ogen te houden. De markt mag haar wet niet voorschrijven. Een echt herindustrialiseringsbeleid dat afgestemd is op de klimaatuitdagingen is onmisbaar om de sectoren te verankeren.  

Sebastien Dupanloup, de federaal secretaris die bevoegd is voor de glas- en de keramieksectoren, is het daarmee eens: “De ecologische en technologische transitie mag niet als een bedreiging worden beschouwd, maar als een kans. Deze transities gaan samen en het is uitermate belangrijk dat de afgevaardigden de ware hoofdrolspelers worden van deze veranderingen in hun ondernemingen.” 

Dit betekent dat deze uitdagingen moeten worden ingeschreven op de dagorde van de overlegorganen. En om de afgevaardigden te helpen zo’n discussies aan te vatten, is het goed om te herhalen dat er middelen bestaan zoals de cao 39 inzake de invoering van nieuwe technologieën.  

Het glas als sector van de toekomst 

De glassector heeft al tientallen jaren te maken met moeilijke herstructureringen ondanks de deskundigheid van de werknemers. Deze sector, ooit een pronkstuk van de Belgische industrie, telt vandaag slechts een tiental productiebedrijven en een dertigtal verwerkende bedrijven. Om zich te onderscheiden van de brute concurrentie op de wereldmarkt heeft de Belgische glassector geen andere keuze dan munt te slaan uit de kwaliteit van zijn materiaal en te innoveren.  

“Glas is een stof van de toekomst die bijdraagt aan de duurzame en koolstofvrije toekomst van de streek. De bedrijven van de sector hebben het bij het rechte eind. Ze willen concurrentieel blijven en investeren massaal in innovatie. Investeringsprojecten om concurrentiële en duurzame producten te creëren, te ontwikkelen en te produceren, liggen op tafel. De recyclage van glas biedt trouwens echte toekomstperspectieven,” herhaalt Sebastien.  

Als conclusie van deze twee dagen van verrijkende uitwisseling tussen afgevaardigden benadrukte Sebastien een centraal element van dit vakcongres, namelijk dat de transitie niet zal gebeuren zonder de werknemers. De werknemers uit beide sectoren kunnen rekenen op de Algemene Centrale – ABVV om hierover te waken.