Achter de grappen, het geweld: wat vrouwen meemaken op het werk
25 november is de Internationale dag tegen geweld tegen vrouwen. Deze dag werd in 1999 door de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties ingehuldigd om zo te sensibiliseren bij het publiek, want vrouwen zijn wereldwijd het slachtoffer van verkrachting, huiselijk geweld, en ook andere vormen van geweld. Ook op de werkplek komt gendergerelateerd geweld regelmatig voor, dat blijkt uit onderzoek en een studiedag van ABVV Scheikunde in het voorjaar van 2025. Dat getuigt ook Vanessa (pseudoniem), delegee in de sector. Zij zet haar volledig in voor de bestrijding van ongepast gedrag op de werkplek. Wij hadden hierover een gesprek met haar.
Vanessa - een pseudoniem - strijdt al bijna twintig jaar tegen geweld tegen vrouwen op haar werk. Als ABVV-delegee in een multinational in de petrochemische sector heeft ze moeite om de mentaliteit in deze overwegend mannelijke sector te veranderen. Toch koestert ze veel hoop in de jongere generatie, die veel gevoeliger lijkt voor deze problematiek. Ze deelt haar ervaringen met ons.
Heb je het gevoel dat de situatie van vrouwen op de werkvloer verbeterd is?
Wanneer we het over geweld tegen vrouwen hebben, gaat het niet alleen om slagen of fysieke agressie. Er is ook moreel geweld, psychologische of seksuele intimidatie, en al die dagelijkse gedragingen die getuigen van een gebrek aan respect. Sinds ik hier werk, heb ik een beetje vooruitgang gezien: er zijn minder ‘vunzige grappen’ via mail, minder ongepaste beelden op schermen, minder opdringerig geflirt bij het koffieapparaat. Het gedrag is veranderd, maar het onderliggende probleem blijft bestaan.
Sommige mensen blijven seksistische opmerkingen maken onder het mom van humor. Wie niet lacht, is een spelbreker. Veel oudere collega’s minimaliseren dit gedrag. Die constante behoefte om grappig te zijn, maakt het ongemakkelijk. Ik heb ook ernstigere situaties gezien, waarbij collega’s zich ongepast gedroegen tegenover medewerksters: soms een hand op de schouder, een indringende blik of een vernederende opmerking over het uiterlijk. Zulke gedragingen lijken voor sommigen onschuldig, maar ze tasten de waardigheid aan van de vrouwen die het ondergaan.
Het meest verontrustend is wanneer dit gedrag van leidinggevenden komt. Wanneer een verantwoordelijke zich dit soort gedrag veroorlooft, zet dat de toon voor het hele bedrijf. Hoe kan je verwachten dat de mentaliteit aan de basis verandert, als het goede voorbeeld niet van bovenaf komt?
Hoe verbeteren we de situatie in bedrijven en maken we mensen bewust van deze problematiek?
Jonge werknemers, zowel mannen als vrouwen, lijken zich bewuster van deze kwesties. De mentaliteit verandert langzaam: we zien dat ongepast gedrag afneemt naarmate meer vrouwen leidinggevende functies bekleden.
Er moet echter ook een hele bedrijfscultuur rond dit thema worden gecreëerd. Niet alleen werknemers, maar ook leidinggevenden moeten gesensibiliseerd worden. Er bestaan opleidingen over integriteit en preventie van pesterijen, maar de directie moet daar wel het nut van inzien. Ons syndicaal team wijst regelmatig op deze noodzaak, maar we hebben het gevoel tegen dovemansoren te praten.
Sinds 2024 bestaat er een Europese richtlijn tegen geweld tegen vrouwen. Deze moet vóór 2027 in de Belgische wetgeving worden omgezet. Kan dit verandering brengen?
In de praktijk wordt psychologisch of seksueel geweld grotendeels onderschat en is het moeilijk aan te klagen. Veel vrouwen durven geen klacht neer te leggen. Sommigen vrezen wraakacties, anderen voelen zich alleen. Zelfs ik, als delegee, werd geconfronteerd met druk en pogingen om mij in diskrediet te brengen. Slachtoffers vinden vaak geen steun en aarzelen om te spreken. Sommige situaties worden door de hiërarchie zelfs als ‘niet zo ernstig’ beschouwd, wat het melden nog meer ontmoedigt.
Sociaal overleg zou een doeltreffend middel kunnen zijn om dit geweld te bestrijden, maar dat kan alleen als de leidinggevenden open en respectvol zijn.
Hoe dan ook, ik wil alle slachtoffers van geweld op het werk eraan herinneren hoe belangrijk het is om erover te praten met een vertrouwenspersoon. Niets zeggen betekent de dader vrij spel geven, hem in staat stellen anderen aan te vallen. Ook hier moet de schaamte van kant wisselen.
In februari voerde ABVV Scheikunde-Petroleum een enquête uit over grensoverschrijdend gedrag op de werkvloer. De resultaten toonden aan dat meer dan 7 op de 10 werkneemsters dergelijk gedrag hebben ervaren!
Voor onze vakbond is het belangrijk om deze realiteit aan het licht te brengen en een veilige werkplek te garanderen.
