De Vlaamse regering kondigde vandaag aan dat ze een bijkomend budget uittrekt voor de dienstenchequesector. Het zou om 50 miljoen extra gaan. Voor de vakbonden moeten deze extra middelen integraal gebruikt worden om de job van huishoudhulp terug aantrekkelijker te maken en de arbeidsomstandigheden te verbeteren.

De vakbonden uit de sector stellen vast dat de Vlaamse regering wel heel snel gehoor heeft gegeven aan de noodkreet van de werkgevers uit de sector. Die vroegen begin deze maand 5 euro extra per dienstencheque. De Vlaamse regering komt daar nu deels aan tegemoet.

Wij betwijfelen zeer sterk of alle bedrijven nood hebben aan die extra middelen: heel wat commerciële dienstenchequebedrijven maken nog steeds miljoenen winst en delen dividenden uit aan hun aandeelhouders. We rekenen erop dat de Vlaamse regering geen extra belastinggeld naar aandeelhouders zal laten doorstromen. Zij hebben geen nood aan bijkomende middelen, de huishoudhulpen daarentegen wél.

De bijkomende middelen moeten dus duidelijk geconditioneerd worden, zodat ze kunnen dienen om de arbeidsomstandigheden van de huishoudhulpen concreet te verbeteren. De noden zijn groot. Zo is er nood aan een verhoging van de koopkracht, betere regelingen voor terugbetaling van onkosten (zoals verplaatsings- en parkeerkosten) maar zeker ook meer investeren in preventie en in de gezondheid van de huishoudhulpen.

Sinds januari ligt het sociaal overleg in de sector volledig stil. De werkgevers willen geen concrete stappen vooruit zetten voor het welzijn en de veiligheid van de huishoudhulpen. En ook het sectoraal overleg over betere loon- en arbeidsvoorwaarden hebben de werkgevers nog niet willen opstarten. Het zou een mes in de rug van de huishoudhulpen betekenen indien de Vlaamse Regering de bedrijven bijkomend zou financieren zonder dat er een sectoraal akkoord op tafel ligt. Er mag niet opnieuw een blanco cheque naar de dienstenchequebedrijven gaan!

De vakbonden hebben concrete voorstellen voor de benutting van deze extra middelen. Ze vragen om gehoord te worden door de bevoegde Minister Jo Brouns. Aan de Minister om aan te tonen dat hij niet enkel naar de werkgevers luistert. De tijd van loze beloften aan de huishoudhulpen is voorbij. Zij eisen dat de minister zijn verantwoordelijkheid neemt.