Om de 4 jaar wordt door de SERV (het overlegorgaan van de Vlaamse werkgeversorganisaties en de vakbonden) gemeten hoe werkbaar onze jobs zijn in Vlaanderen. In het rapport vinden we ook specifieke gegevens over de scheikunde terug.

Werkbaar werk

Onder werkbaar werk verstaat men werk waarvan je niet overspannen of ziek wordt; dat boeiend en motiverend is; dat voldoende kansen biedt om bij te blijven/leren en voldoende ruimte laat om werk en privéleven te combineren.

Opleidingsmogelijkheden zitten in de lift

In 2004 gaf nog 20,5% van de werknemers uit de scheikunde aan dat men onvoldoende leermogelijkheden aangeboden kreeg, in 2023 is dit nog 12,3%. De opeenvolgende sectorale opleidingscao’s, waarbij het aantal opleidingsdagen elke keer werden verhoogd, werpen hun vruchten af. Dankzij de vakbonden moeten de werkgevers in 2023 4 dagen opleiding voorzien per voltijdse werknemer, in 2024 stijgt dit naar 5 dagen. Het aanbieden van nieuwe opleidingen is in het kader van de energietransitie meer dan ooit noodzakelijk in de sector.

Werkdruk en stress blijven hoog

Zowel op de Vlaamse arbeidsmarkt als in de sector scheikunde zijn werkstress en werkdruk de grootste klachten bij werknemers. 30% van de werknemers in de scheikunde lijden onder stress en/of werkdruk. De resultaten van deze nieuwe studie geven dus duidelijk aan dat werkbaar werk hoog op de agenda zal moeten blijven staan. Inzetten op werkbaar werk is inzetten op het verbeteren van het welzijn en de arbeidsomstandigheden van onze werknemers.

Om de scheikundebedrijven te ondersteunen bij hun inspanningen om de arbeidsomstandigheden te verbeteren, werd het demografiefonds opgericht.  Dit fonds adviseert en ondersteunt bedrijven die investeren in betere werkomstandigheden. Enkele voorbeelden: arbeidsduurvermindering, een betere indeling van ploegen- en nachtarbeid, het in dienst nemen van extra werknemers, … .