Vlaamse Regering geeft blanco cheque aan dienstenchequebedrijven en laat huishoudhulpen vallen

Zoals aangekondigd in de Septemberverklaring geeft de Vlaamse Regering bijna 50 miljoen euro aan de dienstenchequesector. Slechts een klein deel is echter bestemd voor de huishoudhulpen. Bovendien is het zeer onzeker of het wel bij hen zal terechtkomen. Werkgeversorganisatie Federgon weigert immers te onderhandelen over een sectoraal akkoord voor de huishoudhulpen.

Na de klaagzang van de werkgevers over een vermeende dalende rentabiliteit ging minister Brouns in september overstag. Er zou 50 miljoen euro extra naar de sector gaan. Als vakbonden hebben we er meteen op gewezen dat het lineair toekennen van extra middelen een verkwisting van overheidsgeld is. Heel wat commerciële dienstenchequebedrijven maken nog steeds miljoenen winst en delen dividenden uit aan hun aandeelhouders. En die bedrijven maken ruim 80 % van de sector uit.

Extra middelen stromen bijgevolg grotendeels naar extra winsten van winstgevende bedrijven. Dat zij met deze bijkomende middelen geen blijf weten, blijkt uit recente aankondigingen. Zo heeft Het Poetsbureau, dat dankzij de Vlaamse Regering meer dan 5 miljoen euro extra op de rekening krijgt, aangekondigd dat het concurrent Easy Life overneemt. Deze week kondigde het moederbedrijf Glowi aan dat het Blue Group overneemt, een bedrijf actief in schoonmaakdiensten voor bedrijven en uitzendarbeid in Nederland. Mastodont Trixxo nam van zijn kant Laurenty Home en enkele honderden werknemers over. En dat allemaal sinds de aankondiging van de 50 miljoen extra Vlaams geld.

De vakbonden waarschuwden minister Brouns voor het misbruik vanwege de dienstenchequebedrijven. De bijkomende middelen moesten duidelijk geconditioneerd worden, zodat ze kunnen dienen om de arbeidsomstandigheden van de huishoudhulpen concreet te verbeteren. De noden zijn immers groot. Zo is er nood aan een verhoging van de koopkracht, betere regelingen voor terugbetaling van onkosten (zoals verplaatsings- en parkeerkosten), maar zeker ook meer investeringen in preventie en in de gezondheid van de huishoudhulpen.

Vrijdag besliste de Vlaamse Regering om het geld alsnog toe te kennen. De overheidstegemoetkoming zal daartoe tijdelijk verhoogd worden met 3,20 euro per cheque in de periode 1 oktober tot en met 30 november 2023. Weliswaar moet een stuk daarvan naar de huishoudhulpen vloeien. Tussen de 20 % en 25 % van deze bijkomende subsidie dient aangewend te worden om de koopkracht van de dienstenchequewerknemers te versterken. Maar het is zeer twijfelachtig of dit zal gebeuren.

In 2021 bleek dat twee op de drie dienstenchequebedrijven het geld misbruikt hadden dat ze kregen om huishoudhulpen te beschermen tijdens de coronacrisis. In plaats van beschermingsmiddelen te kopen, hadden vele bedrijven dit geld in eigen zak gestoken. Eenzelfde scenario dreigt zich nu te ontvouwen. Zonder sectoraal akkoord wordt het een onmogelijke taak om te garanderen dat iedere huishoudhulp een koopkrachtverhoging krijgt.

De vakbonden betreuren dat de Vlaamse Regering er nog steeds niet in slaagt om de rug te rechten ten opzichte van werkgeversorganisatie Federgon. In het bijzonder betreuren zij dat minister Brouns deze middelen heeft vrijgemaakt zonder ze te koppelen aan de voorwaarde van een sectoraal akkoord. En zonder de werkbaarheid van de huishoudhulpen verbeteren. Het nieuwe decreet dat minister Brouns onlangs voorstelde, was ook al een maat voor niks op het vlak van werkbaarheid of koopkracht. Zelfs van het verplichte plaatsbezoek bij een nieuwe klant is geen spoor meer. De conclusie is duidelijk: de Vlaamse Regering en minister Brouns hebben de huishoudhulpen laten vallen als een baksteen.