Een onderzoek van doctoraatstudente Laura Van Den Borre toont aan de werknemers uit de schoonmaak een hoger risico hebben op sterfte, vooral door ademhalingsproblemen en hart- en vaatziekten. Een zoveelste bewijs dat er dringend werk moet gemaakt worden van werkbaar werk. En geen prutsmaatregelen zoals de regering voorstelt.

Het onderzoek toont aan dat schoonmakers vaker overlijden aan bepaalde ziekten dan bedienden en kaderleden. Opvallend: het risico is nog groter voor mannelijke schoonmakers dan voor vrouwelijke. De grootste boosdoeners zijn longziekten. Maar ook hart- en vaatziekten komen meer dan gemiddeld voor.

Om de concrete oorzaken te kennen is verder onderzoek nodig. Dit onderzoek gebeurde op basis van gegevens uit verschillende bevolkingsregisters. Maar andere internationale onderzoeken hebben het effect van chemische poetsmiddelen op de longen al aangetoond.

Een anonieme getuige bevestigt dat in de praktijk nog heel vaak schadelijke producten worden gebruikt zoals ammoniak en javel. “Het schoonmaakbedrijf koopt deze producten zelf niet meer aan. Maar de klanten wel en ze zetten de schoonmakers onder druk om ze te gebruiken.”

Werk maken van werkbaar werk

Volgens Eric Neuprez, algemeen secretaris van de Algemene Centrale – ABVV, moet er dringend werk gemaakt worden van werkbaar werk. “ De regering verplicht iedereen om langer te werken. En ze weigeren rekening te houden met belastend werk. Wie in de bouw werkt of met gevaarlijke producten zoals de schoonmakers, moet even lang werken.”

Het standpunt van de Algemene Centrale – ABVV is duidelijk: “ De regering moet rekening houden met belastend werk bij het bepalen van de lengte van de carrière. En ze moet serieuze maatregelen nemen om het werk terug werkbaarder te maken, geen pseudomaatregelen zoals burn-out-psychologen. Ondertussen zullen we deze studie ook aangrijpen om het debat met de werkgevers in de schoonmaak aan te gaan.”

Het kan ook anders

Abderrachman Ben Sellam  werkt voor Groep F, een bedrijf actief in de schoonmaak van kantoren en winkels en in de dienstencheques. Er worden heel wat inspanningen geleverd om met ecologische producten te werken.

“ Ons bedrijf stimuleert de klanten om ecologische schoonmaak producten aan te kopen. Die zijn beter voor het milieu en voor de gezondheid van de werknemers. Maar die producten zijn duurder. Grote klanten zijn vaak bereid die meerprijs te betalen. Maar in de dienstencheques ligt dat veel moeilijker. Daar koopt de klant zelf zijn producten in de supermarkt.”

“In het CPBW volgen we dit van nabij op. We organiseren ook vorming voor de werknemers. Hoe ze veilig kunnen werken, welke producten welke gevaren met zich meebrengen, … Deze studie toont nog eens aan hoe belangrijk dat is.”