Vesuvius Oostende krijgt geen vergunning om 5 personeelsafgevaardigden te ontslaan. Dat heeft de rechter in beroep beslist. Een terechte overwinning voor de vakbonden. Maar daags na de uitspraak ging de werkgever toch over tot ontslag.

Het is nu meer dan een jaar geleden dat de directie van Vesuvius Oostende een herstructurering aankondigde. Het bedrijf dat keramische afsluiters voor staalgieterijen produceert, heeft ondertussen 25 arbeiders op straat gezet. Daarnaast kozen een aantal werknemers er zelf voor om te vertrekken.  

Daarbij kwam de vordering van de werkgever om nog 5 personeelsafgevaardigden te mogen ontslaan,  als laatste episode van de grotere collectieve ontslagronde.

Bewijslast

In eerste aanleg was de vordering afgewezen, en in beroep werd dit nu bevestigd:  de werkgever krijgt van de rechtbank geen vergunning om de betrokken personeelsafgevaardigden te ontslaan.

Die uitspraak is piekfijn gemotiveerd: er is immers helemaal niet voldaan aan de bewijslast dat de personeelsafgevaardigden deel uitmaken van een volledig ontslagen strikt gedefinieerde personeelsgroep, zoals vereist door de wet van '91.  Meer nog, het aantal ontslagen (en nog te ontslaan) personeelsafgevaardigden staat absoluut niet in verhouding tot het totaal aantal ontslagen.

Daags na de uitspraak werden de 5 betrokken personeelsleden de toegang tot het bedrijf ontzegd, en werd -dus tegen het rechterlijk verbod in- hun ontslag officieel betekend. Dit is mogelijk als het bedrijf een schadevergoeding betaalt aan de vijf werknemers. 

De werkdruk is hoog

De wet geeft hen nog één mogelijkheid om deze gang van zaken te betwisten. Ze kunnen namelijk vragen om in het bedrijf gere-integreerd te worden.  Daarvoor hebben ze een maand tijd, een periode die binnenkort afloopt.

Ondertussen blijft de situatie bij Vesuvius Oostende moeilijk.  ‘Er is te weinig personeel nu, de werkdruk is zeer hoog, men doet ook meer beroep op uitzendkrachten, mensen met een bediendenstatuut doen arbeiderswerk, het absenteïsme is verdubbeld..., vertelde delegee Koen Haghebaert ons onlangs.  “Ons gevoel is zeer negatief: vooral dat afspraken niet gerespecteerd worden en dat elk menselijk aspect ontbreekt valt heel zwaar”.