Opzegtermijn

Sinds 1 januari 2014 is er een nieuwe wetgeving voor de opzegtermijnen. Hiermee is een belangrijke stap gezet in het wegwerken van de discriminaties tussen arbeiders en bedienden. Maar eenvoudig is de nieuwe regelgeving niet.

Vandaar ons advies: in geval van ontslag, neem steeds contact op met je vakbondsafgevaardigde of met je vakbondsafdeling. Doe dit ook wanneer je zelf ontslag wilt nemen.

Nieuwe regeling vanaf 1 januari 2014

Bij een ontslag vanaf 1 januari 2014, bestaat de opzegtermijn uit twee delen.

DEEL 1 wordt berekend op basis van de oude regeling die in de sector van de textielverzorging van kracht was op 31 december 2013 en van de anciënniteit die op die datum was verworven:

AANWERVINGEN VÓÓR 1/1/2012
Volgende opzegtermijnen zijn van toepassing indien de werkgever ontslaat:

  • 28 dagen: minder dan 6 maand anciënniteit
  • 35 dagen: tussen de 6 maand en minder dan 5 jaar anciënniteit
  • 42 dagen: tussen 5 en minder dan 10 jaar anciënniteit
  • 56 dagen: tussen 10 en minder dan 15 jaar anciënniteit
  • 84 dagen: tussen 15 en minder dan 20 jaar anciënniteit
  • 112 dagen: 20 jaar of meer anciënniteit.

Volgende opzegtermijnen zijn van toepassing indien de werknemer ontslag neemt:

  • 14 dagen: minder dan 6 maand anciënniteit
  • 14 dagen: tussen de 6 maand en minder dan 5 jaar anciënniteit
  • 14 dagen: tussen 5 en minder dan 10 jaar anciënniteit
  • 14 dagen: tussen 10 en minder dan 15 jaar anciënniteit
  • 14 dagen: tussen 15 en minder dan 20 jaar anciënniteit
  • 28 dagen: 20 jaar of meer anciënniteit.

Opgelet: bij minder dan 6 maanden anciënniteit kan het arbeidsreglement verkorte opzegtermijnen voorzien. Dit moet dus gecontroleerd worden.

AANWERVINGEN NA 1/1/2012

Voor wie na 1 januari 2012 werd aangeworven moeten, enkel wanneer het ontslag uitgaat van werkgever, volgende opzegtermijnen worden in rekening gebracht voor de anciënniteit die werd verworven tussen 1 januari 2012 en 31 december 2013:

  • 28 dagen: minder den zes maanden anciënniteit
  • 40 dagen: tussen de 6 maand en minder dan 5 jaar anciënniteit.

Wanneer de werknemer zelf ontslag neemt, blijven dezelfde opzegtermijnen van kracht als bij de aanwervingen vóór 1/1/2012.

DEEL 2 wordt berekend op basis van de nieuwe regeling die sedert 1 januari 2014 van kracht is en de anciënniteit die is verworven vanaf 1 januari 2014 tot en met de datum van het ontslag.

ANCIËNNITEIT VANAF 1 JANUARI 2014 TOT DE DATUM VAN ONTSLAG NA TE LEVEN OPZEGTERMIJN (BIJ ONTSLAG DOOR DE WERKGEVER)
< 3 maanden 2 weken
≥3 maanden tot <6 maanden 4 weken
≥6 maanden tot <9 maanden 6 weken
≥9 maanden tot <12 maanden 7 weken
≥12 maanden tot <15 maanden 8 weken
≥15 maanden tot <18 maanden 9 weken
≥18 maanden tot <21 maanden 10 weken
≥21 maanden tot <24 maanden 11 weken
≥2 jaar tot <3 jaar 12 weken
≥3 jaar tot <4 jaar 13 weken
≥4 jaar tot <5 jaar 15 weken
Vanaf 5 jaar anciënniteit wordt de opzeggingstermijn verder opgebouwd met drie weken per begonnen jaar anciënniteit.
Vanaf 20 jaar anciënniteit wordt de opzeggingstermijn verder opgebouwd met twee weken per begonnen jaar anciënniteit.
Vanaf 21 jaar anciënniteit wordt de opzeggingstermijn verder opgebouwd met één week per begonnen jaar anciënniteit.
Bij opzegging door de werkgever met het oog op een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (brugpensioen), kan de opzeggingstermijn enkel worden verkort tot minimaal 26 weken als de onderneming erkend is als onderneming in moeilijkheden of herstructurering.

Indien de werknemer zelf zijn ontslag indient, zijn volgende opzegtermijnen van kracht:

ANCIËNNITEIT VANAF 1 JANUARI 2014 TOT DE DATUM VAN ONTSLAG NA TE LEVEN OPZEGTERMIJN (INDIEN DE WERKNEMER ZELF ONTSLAG NEEMT)
< 3 maanden 1 week
≥3 maanden tot <6 maanden 2 weken
≥6 maanden tot <12 maanden 3 weken
≥12 maanden tot <18 maanden 4 weken
≥18 maanden tot <24 maanden 5 weken
≥2 jaar tot <4 jaar 6 weken
≥4 jaar tot <5 jaar 7 weken
≥5 jaar tot <6 jaar 9 weken
≥6 jaar tot <7 jaar 10 weken
≥7 jaar tot <8 jaar 12 weken
Vanaf 8 jaar en meer 13 weken

 Voor de werknemers van wie de arbeidsovereenkomst pas ingaat vanaf 1 januari 2014, dient voor de opzegtermijn uiteraard enkel deel 2 te worden berekend.