Vervoerskosten

De werkgever moet aan alle werknemers een forfaitaire vergoeding van € 1,70 per effectief gewerkte dag toekennen als tegemoetkoming in de vervoerskosten.

Ook de werknemers die al een fietsvergoeding of een tussenkomst krijgen voor het gebruik van het openbaar vervoer, hebben recht op deze vergoeding. De vergoeding wordt maandelijks samen met het loon uitbetaald.

Er kunnen op ondernemingsvlak voordeliger regelingen bestaan. Het spreekt voor zich dat de voorgaande regeling dan niet van toepassing is.

Wie het openbaar vervoer gebruikt, heeft recht op een tussenkomst van de werkgever. Het gaat hier om een algemene regeling (zie verder).

Voor wie met eigen vervoer (uitgezonderd de fiets) naar het werk gaat, is in de sector enkel de forfaitaire vergoeding van € 1,70 per effectief gewerkte dag voorzien.

Trein

Wie met de trein reist, heeft recht op een tussenkomst van de werkgever. Deze tussenkomst geldt vanaf de eerste kilometer en is afhankelijk van het aantal kilometers. Het aantal kilometers dat aangeduid wordt op de treinkaarten, komt overeen met de afstand tussen het station van vertrek en het eindstation voor één enkele rit. Het bedrag van de treinkaart en de bedragen van de tussenkomst van de werkgever vind je in de tabel.

Tram, bus en metro

 Er zijn twee soorten tussenkomsten:

  1. De prijs is afhankelijk van de afstand: dezelfde regeling als voor de trein, begrensd tot 75% van de reële prijs van het vervoer.
  2. De prijs is een eenheidsprijs: 71,8% van de door de werknemer betaalde prijs, met een maximum van € 34,00 per maand.

De tussenkomst geldt vanaf de eerste kilometer.

Fietsvergoeding

Vanaf 1 januari 2024 werd de fietsvergoeding opgetrokken naar € 0,27/km (afstand heen en terug), met een maximum 40 per dag.