Anciënniteitsdagen

Er bestaat een systeem van anciënniteitsdagen in de sector:

  • 1 betaalde afwezigheidsdag per kalenderjaar na een anciënniteit van 15 jaar in hetzelfde bedrijf
  • een tweede betaalde afwezigheidsdag na een anciënniteit van minstens 25 jaar in hetzelfde bedrijf. Vanaf 1 januari 2024 wordt de anciënniteitsvoorwaarde voor deze tweede dag anciënniteitsverlof verlaagd van 25 jaar naar 20 jaar.

De werkgever moet voor die dag(en) het loon doorbetalen. Bij ontslag na sluiting, faling of reorganisatie blijft de anciënniteit behouden indien de werknemer binnen de 6 maanden in dienst gaat bij een andere textielwerkgever.

Periodes van tewerkstelling als uitzendkracht mee voor de berekening van de anciënniteit, ook bij de bestaande regeling van overdracht van anciënniteit bij ontslag na faling, sluiting of herstructurering.

De arbeiders uit de overbruggingsploegen hebben ook recht op deze betaalde afwezigheidsdagen. Deze zijn gelijk aan 12 uur en moeten betaald worden aan het loon van de overbruggingsploegen.