Niet werken bij slecht weer

NIET WERKEN BIJ SLECHT WEER

Artikel 50 van de wet over arbeidsovereenkomsten van 03/07/1978 bepaalt dat: "Het slechte weder schorst de uitvoering van de overeenkomst, voor zover het werk onmogelijk wordt en op voorwaarde dat de werkman werd verwittigd dat hij zich niet moet aanbieden. Maakt het weder het werk opnieuw mogelijk, dan moet de werkman verwittigd worden dat het werk wordt hervat."

Algemene regel

Bij afwerkings-, stukadoors- en staffwerk (RSZ-code 26 of 44) moet elke werkdag dat niet is kunnen beginnen of onderbroken is, betaald worden tegen het volledige loon (wet van 03/07/1978 over arbeidsovereenkomsten, art. 27).

Voorwaarden: de werknemer moet zich normaal op het werk begeven, mag niet van op voorhand op de hoogte zijn en de oorzaken die hem verhinderen te werken moeten buiten zijn macht liggen. 

Indien de werkgever de werknemer echter vóór zijn verplaatsing naar de werf waarschuwt, kan deze wegens slecht weer tijdelijk werkloos worden verklaard.


Bijzondere bepalingen voor ruwbouw

Een bijzondere regeling geldt voor metsel- en betonwerken, grondwerken, zee- en rivierwerken, baggerwerken, wegenwerken, wegenwerken, asfalteren en bitumeren, dakbedekkingen, voegwerk, enz. (d.w.z. ondernemingen met index 24 of 54).

  • Onbegonnen werkdag: indien de werknemer bij aankomst op de werf wegens slecht weer niet met het werk kan beginnen en naar huis moet, heeft hij recht op een werkloosheidsuitkering en behoudt hij zijn recht op een verplaatsings- en mobiliteitsvergoeding. Het overeenkomstige vakje op kaart C3.2A mag niet zwart worden gekleurd;
     
  • Onderbroken werkdag: als het werk overdag wordt onderbroken wegens slecht weer, heeft de werknemer recht op 50% van het uurloon voor de niet-gewerkte uren. Het andere deel wordt indirect betaald via weerverletzegels, die overeenkomen met 2% van het bruto jaarloon (hoofdstuk III). Deze zegels worden altijd betaald, ongeacht of er daadwerkelijk slecht weer was of niet.
  • Wat doen in geval van slecht weer op de werf? Als je op de bouwplaats aankomt en wegens het slechte weer niet met het werk kan beginnen en daarom naar huis gaat, hoef je het vakje op de C3.2A kaart niet in te vullen. De werkgever zal verklaren dat het slecht weer was en je zal recht hebben op een werkloosheidsuitkering. Je behoudt al je rechten op verplaatsings- en mobiliteitsvergoeding voor de dag in kwestie.
     
  • Onder welke voorwaarden betaalt de werkgever de 50% van het loon? De werkgever beslist of het werk overdag al dan niet wordt stilgelegd. De werknemer kan worden verplicht ter beschikking van de werkgever te blijven voor het verrichten van taken die hem op een redelijke wijze kan worden opgedragen. Dit kan zijn door hem onde een afdak te laten werken of door hem passende werkkleding ter beschikking te stellen. De werkgever is niet verplicht de 50% voor een bepaalde dag te betalen, indien de werknemer zich niet gehouden heeft aan de instructies in verband met de onderbreking van het werk, de hervatting van het werk of de verplichting om ter beschikking te blijven.

Voorbeeld: een arbeider begint zijn dag, maar na 4 uur moet hij stoppen met werken. De werkgever betaalt het volledige loon voor de 4 gewerkte uren plus 50% voor de 4 niet-gewerkte uren (50% x 4 uren = 2 uitbetaalde uren). In totaal wordt de werknemer dus betaald voor 6 werkuren. Dit loon wordt gelijktijdig met het gewone loon voor de betrokken periode uitbetaald. Bovendien ontvangt de werknemer weerverlet zegels.